1.
a. I: Auteur, titel: Remco Campert, Het leven is vurrukkulluk
II: Plaats van uitgave: De Bezige Bij, Amsterdam
Jaar van uitgave: 2011
Druk: 31e druk (uitgave ter gelegenheid van Nederland Leest 2011)
III: Aantal pagina’s: 164 pagina’s (173 pagina’s als je het nawoord meetelt en de lijst van andere boeken van Remco Campert)
b. Genre: Roman. Dit staat namelijk voorin het boek.
c. Korte samenvatting: De vrienden Mees en Boelie wandelen samen met het 15-jarige meisje Panda door het park. Ze halen een ijsje en gaan naar het café. Ze worden gevolgd door een oude man, die hen zelfs achternaloopt als ze naar het huis van Mees gaan. Na een poosje zijn ze hem zat, slaan ze hem neer en stelen de 200 gulden die hij in zijn schoenen verborg. Ze laten hem bewusteloos achter en lopen verder naar huis. Mees wil Boelie weg hebben en herinnert hem aan zijn afspraak met een journalist. Mees en Panda gaan met elkaar naar bed. Mees denkt ondertussen terug aan zijn jeugd en aan zijn latere muzikale leven als jazzpianist in kroegen.
Intussen wordt Boelie geïnterviewd. De journalist, Ernst-Jan, waar Boelie mee bevriend is, vraagt hem mee naar huis te gaan. Thuis aangekomen luistert Ernst-Jan naar een radioverslag van een voetbalwedstrijd, terwijl Boelie zijn vrouw Etta gezelschap houdt. Ernst-Jan denkt dat ze vreemdgaat en Boelie probeert daar achter te komen. Etta vertelt hem over haar jeugd en haar mislukte huwelijk met Ernst-Jan. Haar vader was een belangrijke bankier en haar moeder was alcoholiste. Ze neemt Boelie mee naar het huis van de buren. Daar probeert Boelie Etta te verleiden, maar juist als ze het bed induiken, worden ze verrast door de thuiskomst van de buren. Als de buren vragen waarom ze in hun huis zijn, antwoorden ze dat ze gas roken en bang waren dat het huis af zou branden.
De beroofde oude man komt weer bij zijn positieven en merkt dat al zijn geld verdwenen is. Hij wordt geholpen door Tjeerd Overbeek, die getuige was van het hele voorval. Tjeerd neemt de man mee naar zijn tante. Zij blijkt een oude jeugdvriendin van de man te zijn en Tjeerd laat ze alleen om herinneringen op te halen. Mees en Panda besluiten het gestolen geld te gebruiken voor een feestje. Ze gaan drank halen bij Jens. Als ze voldoende alcohol hebben ingeslagen, kan het feestje beginnen.
Tjeerd Overbeek komt langs om verhaal te halen over de diefstal, maar wordt door een dronken feestganger naar binnen gesleurd. Ernst-Jan en Etta komen ook, maar krijgen later op de avond ruzie. Boelie profiteert en neemt Etta mee naar boven. Panda wordt door Jens, de drankhandel eigenaar, naar huis gebracht. Een feestganger springt, hangende aan een paraplu, uit het zolderraam.
1. Verwachtingen: Ik heb dit boek twee keer gelezen. De eerste keer gewoon, zomaar, voor mezelf. De tweede keer om het nog eens te herlezen voor school. Er stond voor onze school een busje. Er werden boekjes uitgedeeld in het kader van ‘Nederland Leest’. Ik nam een boekje mee (Het leven is vurrukkulluk) en las het. Ik had eigenlijk verrassend weinig verwachtingen van het boekje. Ik had nog nooit eerder iets van deze schrijver gelezen en eigenlijk ook nog nooit van hem gehoord. Ik had wel iets grappigs verwacht, door de titel.
2. Motieven en thema: Het motief is in dit boek duidelijk: Boelie en Mees zijn op zoek naar zichzelf en ook naar de liefde. De terugkerende ‘handeling’ is: een mooi meisje opzoeken op straat, haar versieren en haar mee naar bed nemen. Het thema is waarschijnlijk ‘liefde’. Dit slaat ook weer terug op het motief.
3. Beoordeling:
a. Schrijfstijl: Het verhaal is erg luchtig en grappig opgeschreven. Er wordt meestal gebruik gemaakt van korte zinnen. Soms spelt de schrijver woorden zelfs expres verkeerd. Als voorbeeld hiervan zou je dus in principe alle zinnen in dit boek kunnen gebruiken, maar een mooi voorbeeld is: ‘“Bent u Bram?” informeerde Panda. “Ik ben Bramsbroerjaap,” lichtte de ijskoman haar in.’ Hier zie je dus de leuke manier van spellen: Bramsbroerjaap, in plaats van ‘Brams broer Jaap’. Dit doet Remco Campert met een heleboel woorden, zo ook met: ‘Marry-you-Anna’ in plaats van marihuana.
b. Inhoud: Ook het vertelperspectief is leuk uitgewerkt. In het begin wordt er maar vanuit één persoon verteld, Mees. Je denkt dat er maar één verteller is, maar daarna wordt er ook vanuit Boelie, Etta en Tjeerd verteld. Op een gegeven moment loopt Tjeerd ergens rond en ziet hij Mees. Op dat moment wordt het verhaal verteld vanuit Mees.
De personages zijn interessant, niet doorsnee. Vooral Panda vond ik een interessant persoon. Ze is vijftien, net zo oud als ik, maar ze doet hele andere dingen. Ze loopt met jongens door het park die minstens vijf jaar ouder zijn dan zij en gaat vervolgens met een van hen naar bed. Ook doet ze erg droge en humoristische uitspraken.
4. Eindoordeel:
Ik vond het een leuk boek om te lezen, door de grappige en luchtige schrijfstijl. Het begint leuk: “Het leven is vurrukkulluk,’ zei Panda’ (p. 7) en het eindigt leuk: ‘Mees stond voor het raam en zag hoe op nog geen twee meter afstand van hem de jongen, aan zijn paraplu hangend, langzaam en statig naar beneden kwam zweven en veilig in de tuin daalde. “Een wonder.”’ (p. 164). De eerste zin is dus gewoon de (grappige) titel, of de titel is de eerste zin. Het is maar hoe je het bekijkt. Ook het einde vond ik grappig, vooral de droge reactie van hoofdpersoon Mees. Hij ziet iemand aan een paraplu naar beneden zweven en het enige wat hij daarop zegt is: “een wonder.”
Ik vond het niet helemaal geweldig, omdat ik de verhaallijn niet echt diep vond. Er waren wel een paar verhaallijnen die erg mooi in elkaar werden vervlochten, maar meer dan een beschrijving van één dag uit het leven van drie jongeren was het niet. Er gebeurde gewoon heel weinig.
5. Bronnen: